In deze moeilijke tijden wil ook Vivaldis uw ‘matching partner’ zijn. In een zee van informatie is het heel moeilijk om het bos door de bomen te zien. Daarom willen wij naast onze rol als matchmaker ook onze rol als informatieverstrekker zo goed mogelijk opnemen.

Daarom willen wij u, als professional in de bouwsector, met deze pagina informeren over de ontwikkelingen in deze periode.

Enkele verduidelijkingen betreffende de heropstart van de bouwsector op 4 mei

Door de versoepelingen van de maatregelen om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken, zijn vanaf 4 mei in principe alle bouwactiviteiten zowel buiten als binnen opnieuw toegestaan, mits het nemen van de passende preventiemaatregelen. Voor werken binnenshuis (dit betreft onder andere ook het doen van de nodige opmetingen en planbesprekingen in functie van offertes en werkplanning) heeft de sector specifieke richtlijnen vastgelegd.

Social distancing

De ondernemingen moeten de nodige maatregelen nemen om de maximale naleving van de regels van social distancing te garanderen, in het bijzonder het behoud van een afstand van 1,5 meter tussen elke persoon. Deze regel is ook van toepassing op het vervoer georganiseerd door de werkgever.

De ondernemingen nemen tijdig passende preventiemaatregelen om de toepassing van de regels te garanderen of, indien dit niet mogelijk is, een minstens gelijkwaardig niveau van bescherming te bieden.

De sociaal inspecteurs van Toezicht Welzijn op het Werk (TWW) houden toezicht op de naleving van de regels. Ze zijn in de eerste plaats belast met het informeren en begeleiden van werkgevers en werknemers, maar kunnen ook sanctionerend optreden.

Welke preventiemaatregelen nemen en hoe? 

De uit te werken maatregelen zijn veiligheids- en gezondheidsvoorschriften van materiële, technische en/of organisatorische aard. De bedrijven kunnen zich daarbij baseren op de generieke gids om de verspreiding van COVID-19 op het werk tegen te gaan. Collectieve maatregelen hebben steeds voorrang op individuele. In de bouwsector werd op 23 april een akkoord gesloten met aanvullende richtlijnen op sectorniveau. 

De bedrijven moeten maatregelen uitwerken met inachtneming van de regels van het sociaal overleg in de onderneming (voor de bouwbedrijven betekent dit in de regel in overleg met de syndicale afvaardiging of bij ontstentenis daarvan in overleg met de betrokken werknemers) en in overleg met de diensten voor preventie en bescherming op het werk.

De bedrijven informeren de werknemers tijdig over de geldende preventiemaatregelen en verstrekken hen een passende opleiding. Zij informeren ook derden tijdig over deze geldende preventiemaatregelen. Werkgevers, werknemers en derden zijn ertoe gehouden de in het bedrijf of de dienst geldende preventiemaatregelen toe te passen.

Werken binnenshuis

Op 3 mei gaf minister van Economie Nathalie Muylle op het avondjournaal groen licht voor werken binnenshuis in bewoonde panden. Dit betekent dat vanaf maandag 4 mei werken binnenshuis terug mogelijk zijn. Dit betekent onder andere ook het doen van de nodige opmetingen en planbesprekingen in functie van offertes en werkplanning.

 

We verwijzen naar het sectoraal akkoord van 23 april, waarin de voorwaarden hiervoor werden besproken:

  • Vooraleer de werken binnenshuis te starten, zal er overleg zijn tussen de bewoners en de uitvoerders, dit in situatie met de planning en de situatie ter plaatse, en de eventuele wens van de bewoners om geen werken uit te voeren. 
  • Interactie tussen bewoners en/of gebruikers van het gebouw enerzijds en de uitvoerders van de werkzaamheden anderzijds moet beperkt en indien mogelijk vermeden worden
  • Bewoners/gebruikers zijn niet aanwezig in de ruimte waarin effectief gewerkt wordt tenzij de ruimte groot genoeg is.
  • De toegang naar de ruimte waar gewerkt moet worden, moet vrij zijn en indien mogelijk uitsluitend voorbehouden aan de uitvoerders. Als dat niet mogelijk is, moet iedereen die zich in de doorgang bevindt of begeeft (zowel uitvoerders als bewoners/gebruikers), een mondmasker dragen en de social distancing zo goed als mogelijk respecteren. Desgevallend kunnen voorrangsregels worden opgesteld om “kruising” te vermijden.
  • Om een maximale bescherming te garanderen, stelt de werkgever een PBM-kit ter beschikking van de werknemers die binnenshuis werken, waarvan de inhoud door Constructiv zal worden bepaald.

In geval van binnenshuis werken op plaatsen waar personen verblijven die ziektesymptomen van COVID-19 vertonen, dienen volgende maatregelen te worden voorzien:

  • alle uitvoerders dragen verplicht persoonlijk beschermingsmiddel  (FFP2 masker of meer)
  • geen enkele interactie met de zieke(n);
  • alle bewoners/gebruikers van het gebouw dienen een mondmasker te dragen;
  • bijkomende persoonlijke beschermingsmiddelen worden in onderling overleg besproken tussen werkgever en werknemer;
  • een uniforme sectorvragenlijst dient vooraf door de eigenaar/bewoner/gebruiker van het gebouw ingevuld te worden om de situatie goed te kunnen inschatten;
  • de werknemer die gevraagd wordt om in deze gebouwen te werken kan dit werk zonder nadelige gevolgen, weigeren uit te voeren. Hier geldt dus het principe van de vrijwilligheid.

Coactiviteit op de werven

Hiermee wordt bedoeld dat meerdere aannemers op hetzelfde ogenblik op dezelfde werf bouwactiviteiten uitvoeren. Ons sectoraal protocol zegt hierover dat we de coactiviteit zoveel mogelijk moeten proberen te beperken om COVID-19-besmetting  maximaal te vermijden.
  
In geval van coactiviteit duidt de hoofdaannemer een voldoende bevoegd coronaverantwoordelijke aan (iemand van de hiërarchische lijn van de hoofdaannemer, bijvoorbeeld de werfleider of een ploegbaas). De coördinaten van deze coronaverantwoordelijke zullen worden uitgehangen op de werf, naar analogie met de signalisatieverantwoordelijke bij wegenwerken, alsook ter kennis gebracht van de veiligheidscoördinator en alle actoren aanwezig op de werf. Hij is verantwoordelijk voor het coördineren en toepassen van de coronamaatregelen

Volgende organisatorische maatregelen zijn mogelijk indien de coactiviteit aanleiding geeft tot het uitvoeren van werken door werknemers van dezelfde of verschillende werkgevers op eenzelfde verdieping/werklocatie/afgebakende ruimte… waarbij het risico ontstaat dat de social distancing niet ten allen tijde kan gerespecteerd worden

  • Indien mogelijk, één enkele onderaannemer per verdieping/ werklocatie/afgebakende ruimte (sequentiële opeenvolging van de onder(of neven-)aannemer).
  • Indien niet mogelijk, het aantal arbeiders (van dezelfde of verschillende werkgevers) die tegelijk aan de slag zijn, op eenzelfde verdieping/ werklocatie/afgebakende ruimte beperken, waarbij elke arbeider verplicht wordt een mondmasker te dragen. De arbeider die dit weigert, kan door de coronaverantwoordelijke of de door hem aangestelde van de werf worden verwijderd, op basis van het arbeidsreglement of een clausule in het onderaannemingscontract.
  • Op werven dienen werknemers en andere aanwezigen zo min mogelijk elkaar te kruisen. Hiertoe kan een circulatieplan uitgewerkt worden (bv. éénrichtingscirculatie), inclusief voorrangsregels (bij kruising) en het dragen van mondmasker.
  • Het item werforganisatie bij coactiviteit in coronatijden dient expliciet vooraf besproken te worden tussen opdrachtgevende aannemer en opdrachtnemende aannemer(s) (cfr. Checkin@work) – o.a. noodzakelijk voor gezag van de aan te duiden/aangeduide coronaverantwoordelijke én voor concrete afspraken i.v.m. social distancing.

Vervoer van en naar de werven

De social distancing moet ook bij het collectief vervoer bewaard worden. We verwijzen naar de maatregelen van de generieke gids. Indien het niet mogelijk is de social distancing te bewaren moet de tijd van het collectief vervoer zoveel mogelijk beperkt worden. Bovendien stelt het protocol van de bouwsector in dit geval dat, waar haalbaar, afscheidingen kunnen worden voorzien tussen verschillende rijen. Is ook dit niet mogelijk, dan kan collectief vervoer mits het dragen van mondmasker en het voorzien van een desinfecterende handgel

Zijn de lokalen van het bedrijf toegankelijk voor publiek?

De lokalen van de bedrijven zijn enkel toegankelijk voor het publiek in het kader van relaties tussen professionelen onderling en tussen professionelen en overheden, onder de voorwaarde van het maximaal respecteren van de social distancing.

Mondmaskers

Als het niet mogelijk blijkt om op bepaalde momenten de 1,5 m afstand te blijven respecteren, zal dit kunnen gecompenseerd worden door het dragen van mondmaskers. Al wijzen we er wel op dat over deze versoepeling van de lockdownmaatregelen uiteraard eerst nog een nieuw Ministerieel Besluit dient gepubliceerd.

Hiervoor zullen zowat alle types van mondmaskers in aanmerking komen. Van stoffen exemplaren, die na een kookwas kunnen hergebruikt worden, over chirurgische maskers tot FFP1’s. Het gaat hier allemaal om hygiënische maskers die gebruikt worden om te vermijden dat de drager ervan het coronavirus verspreidt aan andere personen. 

De maskers van het type FFP2 en FFP3, de zogeheten respiratoire maskers, zijn nog veel moeilijker te verkrijgen en blijven tot nader order voorbehouden aan de mensen actief in de zorgsector.

Bouwvakkers dienen ze enkel te dragen wanneer ze in een omgeving moeten werken waar coronapatiënten verblijven (ziekenhuizen, woonzorgcentra, ...) of op basis van Boek VI van de Codex Welzijn, als verplichte bescherming tegen blootstelling aan bepaalde chemische en carcinogene agentia, zoals kwartsstof en asbest (waar expliciet een FFP3 wordt geëist).